CLT geeft je volledige architecturale vrijheid

‘Volledige’ vrijheid is misschien een splintertje overdreven, maar op architecturaal vlak kan je met CLT in ieder geval heel veel kanten op. In de woorden van Piet Kerckhof, die met twee andere collega’s een architectenbureau heeft opgericht in het teken van duurzaamheid en klimaatneutraliteit: “De enige limiet van deze constructiemethode is de creativiteit van de architect.”[1]

Complexe vormen

Laten we even de vergelijking maken met prefab beton, omdat dat toch nog altijd het materiaal is dat het meest wordt gebruikt en waartegen CLT altijd wordt afgezet. Als je met beton complexe vormen wilt uitvoeren, moet je eerst mallen maken. Mallen zijn duur in aanmaak, gelinkt aan één welbepaalde vorm en helemaal niet flexibel. Dat ligt bij kruislaaghout helemaal anders. Daar vertrekt men van een BIM-tekening en vervolgens gaan de machines ermee aan de slag om, conform het ontwerp, de meeste complexe sneden te maken. Dat resulteert in innovatieve architectuur waarin naar hartenlust met vormen en volumes kan worden gespeeld.

Eindafwerking

Nog een groot esthetisch voordeel van hout: je kan het direct als afwerking gebruiken zonder dat er verf of een stuclaag aan te pas hoeft te komen. Let wel, dit geldt niet voor de buitenzijde van gewelven. Daarvoor is het gebruikte vurenhout niet weersbestendig of slijtvast genoeg. Anderzijds heb je bij CLT wel dezelfde bekledingsmogelijkheden ter beschikking als bij een klassieke beton- of staalconstructie. Dat schuilt dus geen beperking. Als je ervoor kiest om het hout aan de binnenkant van het gebouw zichtbaar te laten en je dus geen gebruik maakt van een gipsplaat, biedt dat ook de kans om leidingen in de panelen te verstoppen.

Drie oppervlaktekwaliteiten

Indien je de CLT-panelen als eindafwerking wilt toepassen, dan moeten die natuurlijk aan een paar esthetische voorwaarden voldoen. Niet elke kwaliteit is daarvoor geschikt. We moeten onderscheid maken tussen drie afwerkingsgraden en die gaan hand in hand met de strengheid van selectie. Zowel industrie-zichtkwaliteit (ISI) als de woon-zichtkwaliteit (WSI) zijn goed genoeg.

Grenzen

Ter afsluiting moeten we toch nog even terugkomen op dat ‘volledige’: met CLT kan veel, maar ook niet alles. Wat overspanningen betreft, stuit hout bij 6 meter op zijn economische limieten. Dat is een eerste punt. Daarnaast zijn gebogen vormen een zodanige uitdaging dat je ze eigenlijk beter vergeet. En als laatste aspect moet je weten dat er aan vormvrijheid ook een prijskaartje hangt. Maar is niet elk bouwproject een evenwichtsoefening tussen budget en dromen?

[1] https://www.bouwenaanvlaanderen.be/artikel/sterke-aanpak-tegen-de-klimaatverandering-bouwen-met-hout/

Wil u meer weten over hoe houtmassiefbouw kan bijdragen tot een beter klimaat?